Vorige week verscheen deze column op Horses.nl van Dirk Willem Rosie. Volgens Dirk is “Goed paardrijden is niet een kwestie van een duur paard kopen en dan shinen in de ring.” In zijn column zet hij mensen die beweren dat geld wel degelijk een rol speelt weg als zeurpieten. Moraal van het verhaal van Dirk is dat sociale ongelijkheid, klasse en privilege geen rol spelen binnen de paardensport. Dat succesvol zijn in de paardensport vooral een kwestie is van gevoel, discipline, toewijding en volharding.
Zo op het eerste oog is het iets waar we graag in willen geloven; de paardensport als sport waar afkomst of geld niet bepaald hoe ver je het schopt, maar dat het vooral draait om gevoel, talent en horsemanship. En, wanneer je dat combineert met veel inzet, dat leidt tot succes. Als ruiter succesvol zijn is dan dus een keuze, en daarmee falen ook. De kampioenen zijn de doorzetters en de verliezers ontbreekt het aan karakter. Met zijn column impliceert Dirk min of meer dat het de minder ‘succesvolle’ goden in de paardensport dus ontbreekt aan talent en karakter. In de reacties op de column krijgt deze stelling ook veel bijval.
Herkomst en sociale klasse maakt wel degelijk een verschil
Hoewel Dirk het vast motiverend en relativerend heeft bedoeld, is de realiteit weerbarstiger. Een beetje geluk en de plaats van je wieg is veel bepalender dan het hebben van talent of hard werken. Een uit Amerika overgevlogen sociaal experiment, de 100 dollar run, laat zien dat herkomst en sociale klasse wel degelijk een verschil maakt. Dat wil nog niet zeggen dat wanneer je op moet klimmen uit moeilijkere omstandigheden je bij voorbaat al kansloos bent. Je hebt alleen wél een grotere afstand af te leggen. Jonge mensen die opgroeien in ongelukkige omstandigheden en die het lukt om hun sociale achterstand in te halen, hebben vaak een ongelofelijke winnaarsmentaliteit. Wanneer zij eindelijk met een paard aan de start komen, hebben ze er soms al een hele wedstrijd opzitten. Het inlopen van een sociale achterstand is een wedstrijd zonder toeschouwers en waarbij geen medailles worden uitgereikt. In de regel zijn dit meestal niet de types die klagen over een tekort aan kansen. Maar deze groep bestempelen als te weinig getalenteerd of onvoldoende karakter wanneer zij uiteindelijk geen kampioen of beroemd worden volgens hippische maatstaven is te kort door de bocht. Sterker nog; het is stigmatiserend en een vorm van victimblaming.
De rol van toeval en geluk
Er zijn heel veel factoren die meespelen waar je als ruiter geen invloed op hebt die uiteindelijk bepalen of je een kampioen wordt of niet. Net op het goede moment het juiste paard, eigenaar of sponsor treffen bijvoorbeeld, dat is een gelukkig toeval. Of dat het toppaard wat jij tot je beschikking, maar niet in eigendom, hebt pas ná dat belangrijke kampioenschap wordt verkocht. Je kun je kansen op dit soort factoren vergroten door heel hard te werken. Zeker. Maar je kunt ze het niet afdwingen. Er zijn tal van hele getalenteerde ruiters met een top mentaliteit die het ereschavot niet hebben gehaald door pure pech dat voor hen dit soort factoren tegenzaten. De discussie is niet of de huidige kampioenen veel gevoel, discipline, volharding en inzet hebben. Zeker niet. Dat hebben ze. Stuk voor stuk. De discussie is of degene die het niet halen, het hieraan ontbreekt.
Talent en het ‘Golem-effect’
Terugkomend op de meisjes in de les van Dirk die zich beklagen; Het feit dat die meisjes in Deurne reden, betekent dat ze in feite al een voorsprong hadden op bijvoorbeeld dat paardenmeisje uit een gezin in een achterstandswijk dat op bijstandsniveau moet leven. Dus op zichzelf terecht dat ze van Dirk op dat moment een reprimande krijgen. Echter; de voorbeeldruiters die Dirk aanhaalt om het tegendeel te bewijzen, zijn nog steeds geen ruiters uit gezinnen komen met een echt lage sociaal economische status. En daarmee speelt het inkomen en sociale status van ouders dus wel degelijk een rol. In de regel is een paard of überhaupt een paardrijles op de plaatselijke manege vaak niet haalbaar voor mensen met een lage sociaaleconomische status. Buiten het feit dat dit soort gezinnen simpelweg het geld niet hebben voor paardrijles, zitten kinderen en jongeren uit lage SES gezinnen vaak gevangen in een systeem van lage verwachtingen.
Vaak worden hun dromen en ambities weggewuifd door hun omgeving die voor hen al bepaald dat het niet realistisch is. Door de ouders, maar ook door het schoolsysteem. Wetenschapper Bob Rosental noemt dit het 'Golem-effect', zie kader. Wanneer dromen en ambities van kinderen en jongeren door hun omgeving al de kop worden ingedrukt, zullen we nooit weten of zij wel of niet over het aangeboren talent zouden beschikken om een hele goede ruiter te worden. Lees meer over de invloed van (onbewuste) verwachtingen en overtuigingen in deze blog. Als er echt sprake was van gelijke kansen voor elk kind of jongere met hippische dromen en ambities, dan zou de opstelling op het ereschavot er toch zomaar wezenlijk anders uit kunnen zien. Daarbij kunnen we het ook omdraaien; doordat de kansen niet gelijk zijn, is er misschien wel veel meer hippisch talent en onontdekt potentieel in Nederland? En zijn die nu buiten beeld omdat we er nog altijd een smalle definitie van succes op nahouden? Lees ook de blog; “De paardensport heeft niet nóg meer succesvolle ruiters nodig”.
Elitaire imago van de paardensport bestrijden
Natuurlijk is de paardensport niet verantwoordelijk voor het bestaan van sociale ongelijkheid. Voor het feit dat in Nederland de kloof tussen arm en rijk steeds groter wordt en dat de kansen wel degelijk zijn afgenomen om van een dubbeltje een kwartje te worden. Maar als je het elitaire imago van de paardensport wilt bestrijden, dan helpt het niet om de rol van toeval en geluk te ontkennen. En ook niet om de invloed van geld, politiek en belangen in de sport te bagatelliseren. Als je de elitaire status wilt bestrijden, dan vraagt dat om een andere kijk op winnen en verliezen en wat het inhoudt om succesvol te zijn.
Het creëren van echt gelijke kansen voor iedereen in de paardensport is een utopie. Maar je kunt wel meer gelijkwaardigheid creëren door recht te doen aan de manier waarop elke dag weer heel veel mensen zich inzetten om een betere versie van zichzelf te worden, binnen hun beperkingen en mogelijkheden. Met het paard als grote motivatie en inspiratie. En wanneer we de rol van toeval en geluk wat meer erkennen, zou dat misschien ook voor wat meer besef en dankbaarheid kunnen zorgen bij de mensen die op een bepaald moment wel geluk hebben gehad en/of goed gebruik hebben weten te maken van hun voorsprong. En nu het voorrecht hebben om zich dagelijks met hun grote passie bezig te houden. Een beetje inlevingsvermogen in andermans verhaal kan geen kwaad.
Het hebben van ambitie is wél een keuze
Of je uiteindelijk kampioen gaat worden of beroemd, dat is van heel veel factoren afhankelijk waar je geen invloed op hebt. Maar je kunt wel je kansen vergroten door elke gelegenheid aan te grijpen een betere versie te worden van jezelf en wanneer je een paard tot je beschikking hebt; je horsemanship verder te ontwikkelen. Om weer een stapje verder te komen dan waar je gisteren stond. Op het moment dat je dan les krijgt met je paard, verspil je geen tijd aan klagen over dat wat buiten je macht ligt. Maar grijp je die kans met beide handen aan. Voor het hebben van geen ambitie is geen excuus. Dat is namelijk wél een keuze.
Comments