Eind februari verscheen dit artikel op Horsesnl met de stelling waarom de dressuur steeds zo onder een (negatief) vergrootglas ligt als het gaat om dierenwelzijn. Fokker en dressuurpaardenliefhebber Yves Gielen is van mening dat het terecht is dat de dressuursport onder een vergrootglas ligt. Hij stoort zich aan de manier waarop kritiek op de dressuursport door insiders van tafel wordt geveegd. Als dressuurruiters maar genoeg uitleg geven en een eigen Global Champions tour krijgen dan komt het wel weer goed met het imago van de dressuursport, zo was ongeveer de reactie op de stelling in het artikel vanuit de dressuurruiters. Daar is de fokker uit het Belgische Lummen het niet mee eens. Hij is van mening dat het tijd is dat een aantal thema's echt bij de kern worden aangepakt. Zijn grootste zorg is dat de dressuursport straks niet alleen het draagvlak bij het grote publiek, maar ook haar Olympische status verliest.”
Yves vertelt: “Het lijkt erop dat de sport zichzelf niet gaat reguleren. Er is een kern die er teveel belang bij heeft dat alles blijft zoals het is. Maar als we wachten tot er van buitenaf wordt ingegrepen, dan is het voorbij met de sport. Wanneer het gaat om dierenwelzijn en wanneer er kritiek op de dressuursport geleverd wordt, blijven veel insiders die wel beter weten, willen en ook doen te diplomatiek.”
Het welzijn van dressuurpaarden is een gevoelige discussie, toch wil hij wel nek uitsteken. Niet om individu kwaad daglicht te stellen, maar om aan te kaarten wat er misgaat. “Er wordt vaak gesteld dat het topsportpaarden aan niets ontbreekt, en dat als zij geen plezier in hun werk zouden hebben, dan ze dan niet mee zouden werken.” (Lees ook de blog 'Zijn onze paarden happy athletes of brave pleasers?'.) Daar denkt Yves anders over. “Binnen de dressuurwereld moeten we meer constructief praten over wat we zien, in welk land, op welke wedstrijd, keuring of show."
Prepareren voor poen
De handel in dressuurpaarden is big business, maar de commercie heeft ook een keerzijde. Fokkers, eigenaren en trainers hebben er belang bij om hun paarden zo spectaculair mogelijk te presenteren. Daarbij wordt de grens van wat een paard van nature kan bieden regelmatig overschreden. Yves vertelt: “Er worden nog altijd veel kunstgrepen toegepast om paarden zo goed mogelijk uit de verf te laten komen op een veiling, wedstrijd of keuring. De paarden worden ‘geprepareerd’ met trainingsmethoden die het daglicht niet kunnen verdragen. De focus ligt nu erg op rollkur en wat er op het voorterrein van wedstrijden gebeurt. Maar wat niet zichtbaar is, is wat er achter gesloten deuren gebeurd. Deze praktijken waren er vroeger ook, het is niets nieuws.”
Yves is daar op meerdere stallen en bij meerdere trainers getuige van geweest. Hij durft ook toe te geven dat hij zelf wel eens een paard in de schoenen heeft gezet. "Ik heb mij er een keer toe laten verleiden door een trainer die ik hoog had zitten, maar kwam toen tot de conclusie dat dit niet is waar ik voor sta. Zowel mijn partner en ik hebben een klassieke opleiding gehad, en wij willen paarden duurzaam opleiden volgens de klassieke principes. Daar horen dit soort praktijken niet bij. Juist omdat ik het een keer heb toegepast wéét ik hoe het werkt. Ik pik de paarden die geprepareerd zijn er zo uit als ik deze op een keuring of een wedstrijd zie lopen. Je kunt het zien aan de onnatuurlijke manier van bewegen; met een strakke rug, met een voorvoet die niet wijst naar de plek waar die moet landen en een achterbeen dat te neurotisch wordt. Het heeft niets meer te maken met de 'happy athlete'. De dressuurpaarden gaan steeds meer als een tuigpaard of een Tennesee Walking Horse bewegen.”
Spektakel is het nieuwe normaal
Waar Yves zich over kan opwinden is dat met name Nederlandse bezoekers van keuringen en wedstrijden het allemaal geweldig vinden om de paarden met een hoop spektakel door de baan te zien gaan. "Ze staan op de banken te fluiten en te joelen. De ruiters en eigenaren die hun paarden op een correctere en vriendelijkere manier voorstellen krijgen geen credits. Sterker nog; die worden onder druk gezet de paarden met meer druk en spektakel voor te stellen. Het spectaculaire en het onnatuurlijke lijkt het nieuwe normaal geworden. Hengsten die met veel voorbeen lopen en een strakke rug krijgen op een hengstenproef een 10 voor de draf." Yves vindt dit onbegrijpelijk. "Ook in het buitenland worden hengsten op een onnatuurlijke manier voorgesteld. Daarmee wordt de natuurlijke aanleg van een hengst niet op een goede en eerlijke manier getoond. Om die reden weigert Yves ook te fokken met hengsten van bepaalde hengstenhouders. "You don’t get what you see."
Aan de andere kant erkent hij ook dat een aantal trainers die niet vies waren van harde praktijken nu milder zijn geworden en hun kennis en ervaring, die zij zeker hebben, op een paard vriendelijkere wijze zijn gaan inzetten. "Maar er zijn nog steeds tal van trainers en ruiters die aan deze praktijken vasthouden. Het gevaar is dat we deze praktijken en de onnatuurlijke manier van bewegen van de paarden gaan normaliseren. En dat mensen deze methoden gaan kopiëren. Hier moet over gepraat worden. Wat zijn we aan het doen?"
Dressuurpolitiek & belangenverstrengeling
Yves heeft het hart op de tong. Hij wil zaken graag bespreekbaar maken en schroomt niet om hierover in gesprek gegaan. Een voorbeeld hiervan is het testen van hengsten. In Nederland heeft het KWPN een systeem waarbij haar eigen mensen die hengsten beoordelen “Ik zie dat als een systeem dat belangenverstrengeling in de hand werkt. Het is als de slager die haar eigen vlees keurt. In Duitsland is dat anders geregeld. Daar heeft het Ministerie van Landbouw een onafhankelijke jury aangesteld, die de hengsten van de verschillende stamboeken beoordeelt in hun 14 dagen en 50 dagen of sporttest”
Wanneer hij de West Europese landen met elkaar vergelijkt is hij van mening dat het Duitse publiek vaak nuchterder en kritischer is, en gemiddeld genomen meer kennis hebben van wat juist of onjuist is. "Op de jonge paardencompetities zie je dat in Duitsland vaak met meer ruiterkunde wordt gereden en voorgesteld. Maar ook in Duitsland en Denemarken wordt er geprepareerd. De West-Europese landen zijn concurrerend aan elkaar als het gaat om hun positie in de dressuursport en fokkerij. Tijden zijn veranderd. Waar vroeger de politiek tussen landen in de dressuur veel achter de schermen bedreven werd, wordt deze strijd nu steeds meer via sociale media uitgevochten. Er heerst concurrentie en ieder land wil de toppositie van haar ruiters verdedigen. Maar er komt steeds meer kritiek, ook vanuit de hoek van dierenactivisten. Dat vind ik zorgelijk. Want de dierenactivisten hebben een punt; veel training van (top)dressuurpaarden is of grenst aan het ontoelaatbare. Ze komen niet altijd met de goede voorbeelden en feiten, maar er spelen zeker zaken die niet door de beugel kunnen.”
Yves wil bewust geen namen noemen. ‘Het gaat niet om de individuen, de dressuurwereld is zo gegroeid. Er is ook niet één schuldige. We zijn allemaal verantwoordelijk, of je nu ruiter, fokker, eigenaar, handelaar, dierenarts of groom bent. Het lastige alleen is, dat degene die nu een goede positie hebben verworven met datgene wat zij altijd deden, die niet zomaar op zullen geven. Het maakt ze machtig maar ook kwetsbaar. Op het moment dat een jury ineens lager gaat punten dan de hengstenboer of groothandelaar verwacht, dan wordt die jury daar op aangesproken. Ik ken dierenartsen die binnen hun eigen kring misstanden delen die zij bij een topruiter hebben gesignaleerd. Ik keur dat af. Ten eerste dien je vertrouwelijk om te gaan met informatie over je klanten. Ten tweede vind ik dat als er echt sprake is van een misstand, dat je dat als dierenarts bij de F.E.I. moet melden. De belangenverstrengelingen en de politiek die bedreven wordt is slecht voor de dressuurwereld. We zijn allemaal verantwoordelijk en zouden beter na moeten denken hoe we die belangenverstrengeling, of zelfs maar de schijn daarvan, kunnen voorkomen.
Commercie en korte termijn visie
Een andere grote zorg van Yves is de commercie en de korte termijn visie in de fokkerij en handel van dressuurpaarden. "De fokkerij en de handel is een industrie geworden met een aantal grote spelers. De grotere hengstenhouders hebben meestal een kortetermijnvisie. Zij calculeren in dat een jonge hengst de eerste paar jaar veel dekt. De hengst wordt in de markt gezet met een uiterst professionele marketingcampagne, denkt een aantal jaar en verdwijnt daarna dikwijls via de achterdeur. Er wordt te weinig stil gestaan bij wat een hengst heeft toe te voegen aan de gehele populatie. Jonge paarden worden heel hard beoordeeld op ‘commerciële’ kenmerken, zoals het spectaculair bewegen, en veel minder op eigenschappen die nodig zijn voor de Grand Prix. Er zijn voorbeelden van jonge hengsten die drie keer op een rij kampioen worden op het WK jonge dressuurpaarden die totaal niet kunnen piafferen.
Daarnaast is er ook een enorme vraag naar fijne, correcte en brave sportpaarden waarin nog veel te weinig wordt voorzien. Dit thema is niet nieuw en al vaker ter sprake gebracht. Maar het wordt vaak weggelachen met het argument dat de ruiters tegenwoordig niet kunnen rijden. Maar het ligt niet zo zwart wit. Vroeger waren de paarden kwalitatief minder, dus moest je correcter kunnen rijden om zo'n paard goed te kunnen presenteren. Maar de paarden voeren tegenwoordig enorm veel bloed, wat ook een bepaald temperament met zich mee brengt én een extra uitdaging voor de ruiter om daar goed mee om te gaan. Dertig jaar geleden checkte ik altijd of het paard wel voldoende bloed voerde, maar dat hoeft nu niet meer. Als fokkers moeten we dat ons goed beseffen. We moeten paarden fokken die kunnen dienen. Maar fokkers zoeken vaak te veel extreme kenmerken op in een merrie of een hengst omdat daar veel vraag naar is. Het is moeilijk om de verleiding te weerstaan om ‘commercieel’ te fokken. Je hebt de fokker die zijn veulen goed wil verkopen (meerderheid) en je hebt de fokker die denkt op langere termijn (minderheid). De fokkers die puur voor de commercie fokken zijn in mijn ogen 'broodfokkers', maar ik begrijp het wel dat fokkers af en toe commerciële keuzes maken. Uiteindelijk heeft hij ook zijn kosten die gedekt moeten worden. Het is voor fokkers moeilijk hier een gezonde balans in te vinden.
Wanneer paarden teveel op extreme kenmerken gefokt worden, gaat dit ten koste van de gezondheid en de functionaliteit en zorgt daarmee in het verlengde voor veel paardenleed. Veel paarden kunnen uiteindelijk de verwachtingen ook niet waarmaken. Niet als potentieel GP paard, maar ook niet als fijn amateur sportpaard. Wat dan weer leidt tot de inzet van onvriendelijke praktijken. Voor de handel en veilingen van tweejarige hengsten tot de meer doorgereden sportpaarden worden paarden ook geregeld nog geprepareerd. Zo brengen ze meer geld op dan ze in werkelijkheid waard zijn. De handel wordt daar beter van, maar het paard en de koper zijn uiteindelijk de dupe."
Plezier en de liefde voor het paard centraal
Yves besluit: “Het laatste wat ik wil is dat de dressuur ten onder gaat aan de commercie. Als nooit iemand zijn nek eens uitsteekt zal er ook nooit iets veranderen. Het plezier en de liefde voor het paard moet weer meer centraal komen te staan, met een betere balans tussen commercie en het welzijn. Ik hoop dat er meer mensen met kennis van zaken en hart voor de paarden en de dressuursport zich op een constructieve manier gaan uitspreken. Niet op persoonlijk niveau, niet vanuit een veroordelende houding. Door zaken inhoudelijk bespreekbaar te maken en zelf weer vanuit de juiste waarden en principes te gaan handelen. Ook als je daarmee het risico loopt dat je daarmee een (deel van) je positie verliest. Wanneer de dressuursport het draagvlak van het grote publiek en haar Olympische status verliest, verliezen we allemaal."
Comentários